Stel, u bent mkb’er en hebt een mooie opdracht binnengehaald. De opdracht is belangrijk: uw bedrijf krijgt meer omzet, uw bedrijfsnaam wordt bekender en dat biedt nieuwe kansen. De opdrachtgever is namelijk een grote speler in uw branche. Zo groot, dat er weinig ruimte is om over de voorwaarden van de opdrachtgever te onderhandelen. Op zich geen probleem. In de algemene voorwaarden van uw klant staan normale afspraken: betaling na 30 dagen en facturen sturen na elk kwartaal. Maar er zit een addertje onder het gras: in de algemene voorwaarden staat ook een verpandingsverbod. Wat betekent dat precies, en wat zijn de gevolgen voor financieringsmogelijkheden?
Verpandingsverbod op vorderingen: een beperking voor het mkb
Veel ondernemers beseffen niet wat de gevolgen zijn van een verbod op het overdragen of verpanden van vorderingen. Kort gezegd betekent dit dat vorderingen op een opdrachtgever (schuldenaar) niet gebruikt mogen worden ter zekerheid voor iets anders (verpanding van debiteuren), zoals voor het krijgen van financiering. De opdrachtnemer (schuldeiser) mag de vorderingen bijvoorbeeld ook niet overdragen aan een factoringmaatschappij die het incasso- en debiteurenrisico overneemt.
Voor die grote opdracht moet u als opdrachtnemer ieder kwartaal de materialen zelf voorfinancieren. Maar halverwege de opdracht wordt het werkkapitaal krap en heeft u krediet nodig van de bank. Banken vragen vaak zekerheid, zoals facturen (vorderingen) op klanten. En die mag u door het verbod op het overdragen of verpanden van vorderingen niet geven. Dit kan dus problemen geven als u tijdelijk extra financiering nodig hebt.
Stimulans voor mkb: nieuwe Wet opheffing verpandingsverboden
Per 1 juli 2025 bestaat voor deze uitdaging een oplossing. Dan treedt de Wet opheffing verpandingsverboden in werking. Vanaf dan mag voor een vordering op naam, die voortkomt uit de uitoefening van een beroep of bedrijf, de overdraagbaarheid of verpandbaarheid niet meer worden uitgesloten. Wordt zo’n bepaling toch overeengekomen, dan is deze door de nieuwe wet automatisch ongeldig. Het verbod ziet dus op vorderingen van opdrachtnemers (schuldeisers) in de uitoefening van hun beroep of bedrijf op een opdrachtgever (schuldenaar). Die opdrachtgever kan een consument of een bedrijf zijn.
De verwachting is dat deze nieuwe wet het midden- en kleinbedrijf zal stimuleren als het gaat om kredietverlening. Vaak zijn mkb-bedrijven aangewezen op het overdragen of verpanden van hun vorderingen om financiering van werkkapitaal rond te krijgen. De nieuwe wet zal de liquiditeitspositie van veel mkb’ers aanzienlijk verbeteren.
Op het verbod gelden wel een aantal uitzonderingen. Zo is het verbod niet van toepassing op geldvorderingen uit hoofde van betaal- of spaarrekeningen of uit hoofde van een krediet- of geldleningsovereenkomst waarbij aan de kant van de kredietgever meerdere partijen betrokken zijn. Daarnaast geldt het ook niet voor geldvorderingen van of op een clearinginstelling (soort tussenpersoon in de beurshandel) en voor gelden op een geblokkeerde rekening in het kader van de ketenaansprakelijkheid.
Kom nu in actie: check contracten op verpandingsverbod
Of u nu opdrachtgever (schuldenaar) of opdrachtnemer (schuldeiser) bent, check de contracten en algemene voorwaarden van uw zakelijke partners. Als daarin een dergelijk verbod staat, zal dit automatisch niet meer gelden. De overgangsperiode bedraagt drie maanden na het in werking treden van de nieuwe wet.
De opheffing van het verbod op overdragen of verpanden van vorderingen in algemene voorwaarden kan voor de opdrachtnemer mogelijk meer kredietruimte opleveren. Het is echter geen garantie, omdat geldverstrekkers die beslissing vaak laten afhangen van meerdere factoren. Voor een opdrachtgever kan dit een goed moment zijn om te bekijken wat de bedoeling is van een dergelijke bepaling en wat de gevolgen zijn als het verbod wegvalt.
NeD Tax ondersteunt ondernemers, investeerders en degenen die hen professioneel ondersteunen. Indien u ons contactformulier invult, nemen wij zo snel mogelijk contact met u op.